Op 9 juni 2011 heeft het Internationale Strafhof ('ICC') geoordeeld dat de getuigen in de Katanga zaak het recht hebben om asiel aan te vragen en daarmee ook dat de Nederlandse asieladvocaten Göran Sluiter en Flip Schüller toegang moeten krijgen tot de getuigen die in de zaak tegen de verdachte Katanga uit de DRC verklaringen voor het ICC hebben afgelegd. In hun verklaringen hebben zij de betrokkenheid van president Kabila bij grootschalige mensenrechtenschendingen bevestigd. De getuigen vrezen voor vervolging bij terugkeer naar hun land van herkomst en willen daarom in Nederland asiel aanvragen.
De getuigen hadden op 12 mei 2011 al formeel een asielaanvraag bij de Nederlandse autoriteiten ingediend, maar die werd in afwachting van het ICC niet in behandeling genomen. De IND besloot op 1 juni 2011 dat het oordeel van het ICC over het recht op asiel bepalend zijn zou zijn voor de vraag of de asielaanvraag door Nederland in behandeling moest worden genomen. Het ICC had zich nog niet eerder over deze kwestie uitgelaten.
Göran Sluiter en Flip Shüller zijn zeer verheugd over deze ontwikkeling: “Wij zijn opgetogen dat het ICC de rechten van getuigen centraal stelt in deze complexe situatie. Het Hof onderschrijft voor het eerst dat als getuigen in hun land van herkomst vervolging vrezen dat dan Nederland de gelegenheid moet krijgen om een asielaanvraag in behandeling te nemen en dat ze hangende de asielprocedure niet naar het land van herkomst teruggestuurd kunnen worden. De Nederlandse overheid is nu aan zet en zal het ICC moeten helpen bij het zoeken naar een definitieve oplossing. ”
Met dit oordeel van het ISH hoeven de getuigen niet terug naar de DRC en mogen zij hun asielaanvraag in Nederland afwachten. Er moet nu een begin worden gemaakt met de asielprocedure.
Bijlage
- Uitspraak van het Internationaal Strafhof d.d. 9 juni 2011 (in Frans)