De rechtbank Den Haag wees vanochtend haar eindvonnis in de bodemprocedure die Greenpeace tegen de Staat aanspande wegens zijn ontoereikend stikstofbeleid en de gevolgen daarvan voor de meest kwetsbare natuur.  

De rechtbank stelt vast dat de Staat onrechtmatig handelt omdat hij in voorgaande jaren te weinig heeft gedaan om de verslechtering (en dreigende verslechtering) van de meest kwetsbare natuur tegen te gaan. Dat geldt in bijzonder voor de natuur op een door vooraanstaande ecologen opgestelde ‘Urgente Lijst’ van stikstofgevoelige natuur in onze Natura 2000-gebieden. De rechtbank draagt de Staat dan ook op om zijn eigen wettelijke stikstofdoel voor 2030 te behalen waarbij hij, anders dan tot nu is gebeurd, voorrang moet geven aan de gebieden die de grootste zorg behoeven en op de ‘Urgente Lijst’ staan. Haalt de Staat dit doel niet, dan verbeurt hij een dwangsom van 10 miljoen euro. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Greenpeace wordt in deze procedure bijgestaan door advocaten Bondine Kloostra en Brechtje Vossenberg.

Lees voor meer informatie het persbericht van Greenpeace Nederland.

greenpeace foto

Bijlagen

Mediaberichten 

Eerdere berichten

Deel dit bericht via

Heeft u een vraag?

Lees in onze privacy verklaring hoe wij omgaan met uw persoonlijke gegevens.