Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) buigt zich over de klacht die vader Momtaz Al Madani heeft ingediend tegen de Nederlandse Staat over het doodschieten van zijn zoon Yazan door de politie. Het EHRM heeft de communicatie van de klacht bekendgemaakt op zijn website (zie hier).

Achtergrond zaak

Yazan Al Madani was de 27-jarige zoon van Momtaz Al Madani. Hij was gevlucht voor de oorlog in Syrië en woonde sinds kort bij zijn vader in Schiedam. Op 30 mei 2018 leed Yazan aan een psychose. Hij stond op het balkon van de woning van zijn vader. Hij verkeerde in de waan dat men hem wilde vermoorden en hield een mes vast om zich te verdedigen. Vader Al Madani nam contact op met de politie Schiedam. Hij vertelde de politie dat Yazan erg in de war was en hoopte dat iemand hem kon helpen.         

Een arrestatie- en ondersteuningsteam (AOT) ging de woning binnen met schilden, een taser en een hond. Het plan was om Yazan te overmeesteren en naar een GGZ-instelling te brengen. Vader Al Madani had sterk de indruk dat de leden van de arrestatie-eenheid de situatie van Yazan op het moment van binnenkomst in de woning niet volledig begrepen.        

De politie liet vrijwel onmiddellijk hun niet aangelijnde diensthond op Yazan los. Toen dat niet hielp heeft de politie Yazan twee elektrische schokken met een taser toegediend. Daarna hebben drie leden van het AOT acht keer met hun pistool op Yazan geschoten, waardoor hij ernstig gewond raakte. Enkele dagen later is Yazan aan de gevolgen van zijn verwondingen in het ziekenhuis overleden.  

Het Openbaar Ministerie besloot de agenten in kwestie niet te vervolgen. Vader Al Madani heeft tegen deze beslissing een klacht ingediend bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Het Gerechtshof heeft dit beklag op 7 januari 2021 afgewezen. Het Hof achtte aannemelijk dat de politieagenten hun vuurwapen hadden gebruikt ter zelfverdediging. Vader Al Madani heeft hierop een klacht ingediend bij het EHRM. 

Behandeling EHRM 

Het EHRM heeft nu duidelijk gemaakt dat zijn onderzoek zich zal richten op het recht op leven van Yazan Al Madani (artikel 2 EVRM). Het EHRM zal onderzoeken of het door de politie toegepaste gevolg noodzakelijk was. Ook zal het EHRM onderzoeken of de Nederlandse autoriteiten, die op de hoogte waren van de geestelijke toestand van Yazan, hebben gezorgd dat zijn leven zo min mogelijk gevaar liep. En of zij niet nalatig hebben gehandeld. Tot slot zal het EHRM onderzoeken of het onderzoek van de Nederlandse autoriteiten naar de dood van Yazan voldeed aan de eisen die artikel 2 EVRM stelt. Het EHRM heeft hieromtrent nadere vragen gesteld aan de Nederlandse regering.           

Vader Al Madani probeert al meer dan vier jaar lang vastgesteld te krijgen dat het optreden van de politie tegen zijn zoon onrechtmatig was. Ook probeert hij aandacht te krijgen voor het ontbreken van goede geestelijke gezondheidszorg voor vluchtelingen die in Nederland asiel aanvragen. De lange duur van deze procedure, waarbij Yazan bijna twee jaar in een AZC moest wachten, zonder de juiste medische zorg, had een enorme impact op zijn mentale welzijn. Maar, Al Madani is tevreden dat het EHRM zich na een jaar en acht maanden eindelijk over de zaak buigt en kritische vragen stelt aan de Nederlandse regering.  

De heer Al Madani wordt in deze procedure vertegenwoordigd door advocaat Frederieke Dölle en bijgestaan door Controle Alt Delete.

 

Photo Yazan al Madani photo by Momtaz al Madani 2

Yazan Al Madani

Deel dit bericht via

Heeft u een vraag?

Lees in onze privacy verklaring hoe wij omgaan met uw persoonlijke gegevens.