Marokkaanse slachtoffers van uitspraken van Wilders over ‘minder Marokkanen’ rondom de verkiezingen van maart 2014 zijn zowel tevreden als teleurgesteld over het arrest van het Hof Den Haag, van 4 september 2020. Advocaten Barbara van Straaten en Göran Sluiter staan diverse Marokkaanse slachtoffers als benadeelde partij bij in dit lange strafproces. Sluiter:
“Cliënten zijn tevreden over het oordeel van het Hof dat er geen sprake was van niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie en dat Wilders met zijn uitspraken over ‘minder Marokkanen’ zich heeft schuldig gemaakt aan groepsbelediging. Daarvan is een belangrijk en krachtig signaal uitgegaan in de strijd tegen racisme en discriminatie. Zij zijn echter teleurgesteld en verbaasd over drie andere onderdelen van het vonnis.
Ten eerste heeft het Hof Wilders ten onrechte vrijgesproken van aanzetten tot discriminatie en/of haat. Deze vrijspraak is nauwelijks gemotiveerd, en negeert het recht, in het bijzonder de jurisprudentie van de Hoge Raad op dit punt.
Ten tweede heeft het Hof Wilders geen straf opgelegd, hetgeen niet te verenigen is met de ernst van de feiten.
Ten derde heeft het Hof in strijd met jurisprudentie van de Hoge Raad geoordeeld dat vorderingen van cliënten tot schadevergoeding een onevenredige belasting van het strafproces zouden opleveren, en deze op deze grond niet-ontvankelijk verklaard.
Cliënten spreken de hoop dat deze punten worden hersteld, indien er door het Openbaar Ministerie of de verdachte cassatie wordt ingesteld.”
Eerdere berichten