In een gisteren gepubliceerde uitspraak heeft de rechtbank het Openbaar Ministerie (functioneel parket) niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van een vrouw die geld overmaakte naar haar gedetineerde partner terwijl deze op de sanctielijst stond. De rechtbank oordeelde dat geen redelijk handelend lid van het Openbaar Ministerie tot vervolging had kunnen besluiten. Het geld werd immers overgemaakt naar het Ministerie van Veiligheid en Justitie, dat vervolgens dit geld op de rekening-courant van de gedetineerde plaatste. Ook is er inmiddels een regeling die het mogelijk maakt voor gesanctioneerde gedetineerden over geld te beschikken.
Tamara Buruma trad op als advocate van de vrouw.